Nieuwe stek voor muurleeuwenbek

21 december 2021

Op enkele te renoveren oude kades in de Den Haag groeien muurleeuwenbekjes, planten met uitbundig bloeiende, kleine lila bloemetjes. De gemeente wil de planten graag behouden. Maar hoe verhuis je een plant die stevig in de specie tussen het baksteen wortelt? RANOX natuuraannemer maakte een plan.

[caption id="attachment_3191" align="aligncenter" width="450"] Muurleeuwenbekjes hebben uitbundig bloeiende lila bloemetjes (bron: Pixabay.com).[/caption]

Muurleeuwenbekjes zijn niet beschermd en ook niet heel zeldzaam, maar de gemeente Den Haag wil alle muurflora goed beschermen. Muurflora groeien op oude, verweerde muren – juist de stad vormt dus een belangrijk biotoop. Door renovaties en nieuwbouw worden dat soort muren helaas steeds zeldzamer.

Vrijdag 3 december gingen drie van onze ecologen op pad in Den Haag. Er zouden negen muurleeuwenbekjes groeien, maar ze telden meer dan 25 exemplaren. Nieuwe geschikte plekken lijken er gelukkig genoeg te zijn, zo bleek uit de eerste schouw: vochtige oude muren met diepe gleuven, groeven en ander soort kiertjes met verweerde kalkmortel. Het aantreffen van muurplanten met een vergelijkbare biotoopeis (muurvaren, steenbeekvaren of tongvaren) gaf tot slot de bevestiging dat de plek geschikt moet zijn.

Om de leeuwenbekjes goed te verhuizen willen we ze met zoveel mogelijk kluit lossnijden. We bewaren ze tijdelijk in een mengsel van vochtig zand, grond en wat mergel, want ze hebben een kalkrijk substraat nodig. Om de planten een goede start te geven zoeken we de beste voegen en gleuven uit bij hun nieuwe groeiplaats. Tot slot voegen we nog wat kalkmortel toe.

De opdrachtgever was enthousiast over het plan van aanpak. We zetten de leeuwenbekjes nog in de winter over, zolang de planten in rust zijn.

[caption id="attachment_3192" align="aligncenter" width="338"] Muurleeuwenbek heeft vergelijkbare biotoopeisen als muurvaren.[/caption]